zondag 29 september 2013

Waarom rond?

Ik mag niet verwachten dat iedere lezer álles leest wat ik aan mijn scherm heb toevertrouwd. Dus neem ik het risico maar voor lief dat ik hier & daar in herhaling val.
De vraag die ik hier beantwoord is waarom dat huisje zo nodig rond moet worden? Zijn immers de meeste gebouwen niet min of meer uit rechte elementen samengesteld? Dat klopt.

Rond heeft echter ook voordelen.

Ten eerste beperk je met rond het volume van het gebouw en dus de hoeveelheid energie die nodig is om te verwarmen of te koelen.
Daarnaast is rond sterk. Een gebouw afdekken met aarde geeft een belasting die je mbv een boog voor een flink deel kan afvoeren náár de grond  eromheen en de resulterende belasting kan bij een ronde huid met relatief weinig bouwmateriaal ook opgevangen/afgeleid worden. Conservenblikjes zijn ook rond ondanks dat je veel minder materiaal in een rond blikje kwijt kan dan in een vierkant met dezelfde buitenmaat zal ik maar zeggen.
Rond biedt, daar komt het voor een heel groot deel vandaan, de mogelijkheid tot rationalisatie. Een serie identieke trapeziumvormige elementen geven een cirkel. En het is nu eenmaal heel wat makkelijker een serie identieke elementen te maken dan allemaal verschillende.
Het idee is tenslotte dat óók bij het daadwerkelijk monteren een ronde vorm voordelen biedt doordat mijn stroboog met weinig en eenvoudig te monteren hulpmiddelen kan worden geassembleerd. En dan sterk genoeg is om de uiteindelijk dragende constructie in beton vanaf het aanbrengen tot en met het uitharden te dragen.
Is de (micro)betonnen schaal uitgehard, dan is het gebouwtje ook daadwerkelijk sterk genoeg.






zaterdag 28 september 2013

Gaudí in Mataró & vectoren

Op het onderstaande plaatje zie je een typisch Gaudiaanse toepassing van de door hem zo geadoreerde kettingboog. Een gebouw in Mataró wat tegenwoordig als museum wordt gebruikt. Wat je wel ziet maar toch ook niet, en daarom vertel ik het maar even, is dat dat gebogen houten juk alleen de nok (punt) van het dak ondersteunt.
De reden daarvan is dat zo'n boogje de verticale belasting keurig afvoert, maar de "horizontale" belasting niet.



Op het onderstaande plaatje kun je zien wat er bij zo'n belastinggeval gebeurt. Als het vierkantje de belasting voorstelt (sneeuw, het eigen gewicht van het dak) waarvan de grootte wordt voorgesteld door de rode pijl, wordt die kracht ontbonden in ééntje die loodrecht op het dakvlak naar binnen drukt, de roze pijl en ééntje die evenwijdig aan het dak naar beneden wil, de bruine pijl.


Eindelijk kan ik voor mijzelf mijn onderbewuste gevoel helder definiëren waarom mijn ondergrondse huisje géén kettingboog moet zijn. Het afdekken met aarde leidt tot een totaal ander belastinggeval dan datgene waar die kettingboog meestal voor wordt toegepast, nl. zichzelf dragen. Dat wíst ik natuurlijk ergens wel, maar soms duurt het even voordat het kwartje goed gevallen is.
Ik denk dat ik me op het verkeerde been heb laten zetten door de schoonheid van de eenvoud van het concept. Het is toch te mooi om waar te zijn dat je een bepaalde meetkundige figuur volgend de belasting ideaal kan afdragen (afgezien van de stabiliteit van de constructie)? En dat is het dus ook.
Ik heb het meteen gecheckt met de opstelling die beneden nog steeds in onze eetzaal staat. Gewichtje opgehangen op verschillende plekken aan de ketting. Het klopt!
Het gewichtje ophangen in het midden resulteert in een vervorming die nog het meest doet denken aan de gotische boog. Zouden de bouwers van die kathedralen ook al met kettinkjes in de weer zijn geweest?





Buiten kijf staat dat Gaudí's ruimte er mooi uitziet, dat wel.

Rijstestro

In de krant: "La Veu del País Valencià" van 18 september wordt melding gemaakt van een probleem. Het door de rijstbouwers achtergelaten stro ligt te verteren op de velden en zorgt voor visuele en milieuvervuiling in één van de mooiste natuurgebieden van de Middellandse Zeekust. 

In Valencia en Catalonië wordt in vlakke delta's aan de kust al heel lang rijst verbouwd. In Catalonië is de Delta van de Ebro bekend in Valencia het gebied rond Albufera.  

Tot niet zo heel lang geleden werd het grootste gedeelte van het stro na de oogst verbrand. In gebieden met een monocultuur van een graangewas was er van ouds weinig stro nodig voor het vee, dus was het makkelijker om de stoppels en het stro te verbranden om op die manier voedingsstoffen terug te geven aan de bodem. 



Rijstvelden in de lagune van Albufera

Tegenwoordig mag branden niet meer vanwege het milieu. Dus toen wij een aantal jaren geleden in de Delta van de Ebro een rondleiding kregen vertelde onze gids - tevens hoofd van de rijstbouwers in die streek- over hun probleem. Niet meer branden betekent onderploegen, want de verkoopprijs van stro is zo laag dat je er -zolang er nog geen andere alternatieven zijn- niet te ver mee moet gaan slepen. Dan kost het geld. 

Het probleem bij de rijstbouw is echter dat rijst natte voeten moet hebben en beter gedijt in vette klei dan in meer doorlatende grond met een hoog organische stof gehalte. Om over de extra -stikstof- bemestingskosten om het stro te laten verteren te zwijgen. Tot voor kort werden de boeren gecompenseerd voor het niet verbranden -te weinig volgens onze gids, maar dat soort subsidieregelingen zijn ook gedeeltelijk geslachtofferd door de crisis.

Dus hier kun je nu wél zeggen dat de stro een restproduct is. Zelfs nog meer dan dat: een bijproduct dat geld kost. Dus de boeren zouden mij moeten betalen als ik zo aardig ben om een baaltje stro op te komen halen.

Het terreintje van Juanca & Rosa ligt een klein uur verwijderd van de Ebro-delta, 'ns kijken of ik een slachtoffer kan vinden.  


vrijdag 27 september 2013

Vakwerken & tralieliggers

Vakwerkconstructies en meer nog tralieliggers hebben me altijd mateloos gefascineerd.Ook sinds ik weet hoe het werkt met trek,- druk,- en dwarskrachten. Het oorspronkelijke vakwerkhuis is verwant aan de strobalenconstructies. De constructie is van hout, waarbij de schuingeplaatste elementen voor de stabiliteit zorgden.




De constructie is verwant aan wat er tegenwoordig vaak met stro gebouwd wordt. Hout als dragende constructie met in de vakken een vulling van .......wat in de buurt aan vezelig materiaal gevonden werd, afgewerkt met leem. Later werd deze vulling vaak vervangen door bakstenen.
Het geeft wel te denken dat de met leem gevulde vakken niet benut werden om de constructie stabiel te houden.

Toen de techniek verder voortschreed,werd de tralieligger bedacht als een metalen variant van een vakwerk. Ene meneer Eiffel is er beroemd mee geworden. De bouwkraan is in het dagelijks leven één van de meest voorkomende voorbeelden. Het is haast onvoorstelbaar dat een samenstel van wat driehoekvormig aan elkaar gelaste stukjes ijzer zulke enorme lasten kan verplaatsen. Als je al het ijzer in zo'n hijsarm zou samensmelten tot één balk van dezelfde lengte zou deze door zijn eigen gewicht alleen al dubbelklappen.




De kracht van mijn boog moet komen uit een variant van een vakwerk/tralieligger. De bouwstaalnetten verbinden de samenstellende staven onderling in horizontale richting al doordat ze aan elkaar gelast zijn. De verbinding tussen het onder,- en bovennet doe ik (de vrijwilligers voorlopig...) wat betreft de trekkrachten en onze vriendjes de strobalen wat betreft de drukkrachten.
En door de strobalen onder druk te zetten leveren deze als gevolg van de boogvorm ook nog eens extra weerstand tegen de drukkrachten in de constructie. Althans, dat is de theorie.
De theorie zegt ook dat bij inklinking van het stro de spandraden naspanbaar zijn en voorlopig blijven. Dus in theorie, omdat de boog bij de oplegpunten weinig  beweging toelaat zal de onderkant, het plafond bij naspannen zelfs iets omhoog gaan omdat de lengte van de boogstralen van de cirkel met veranderende straal nu eenmaal verschillend is.
Daar is echter een maximum aan omdat de oplegging geen roloplegging is maar een in elkaar haken van de uiteinden van strobalen en bouwstaalnetten. En het spatten van de boog op de oplegpunten wordt verhinderd door de daar aanwezige grond(druk). Maar het zou kunnen dat de boog zich iets opent bij de oplegging, wat niet zo'n ramp is onder de grond.

Kortom, het wordt sterk maar ik weet het ook niet precies. Wellicht dat een hele slimme constructeur het uit zou kunnen rekenen, maar dan moet je eerst precies het gedrag van een strobaal kennen én aannames doen over hetgeen er mogelijk is met het naspannen dwz wat de evenwichts druk,- en trekspanningen in de baal zullen worden.
Het lijkt me een typisch gevalletje van trial and error en dat ga ik dan ook doen.

Sanitation & water: nog meer stro!

Het valt op het eerste gezicht misschien een beetje buiten het bestek van dit blog, maar ik ben toch aan het schrijven, en moet het probleem van de "sanitation" en de watervoorziening daar toch ook oplossen dus neem ik het maar even mee. Op de plek waar ik ga bouwen is niks. Behalve dan die onverzorgde olijf,- en amandelbomen. En een mooi uitzicht.
Dat heeft wel zijn charme vind ik. Eigenlijk al sinds ik in Spanje woon, heb ik me vrij veel beziggehouden met het verzinnen van oplossingen voor zowel het aanvoeren van vers als het afvoeren van gebruikt water. Ik heb verschillende systemen gebouwd en voor de gemeente en het dorp hier geadviseerd (die koning met dat ene oog).
Om te beginnen heeft een langjarig verblijf in Spanje mij geleerd dat drinkwater het probleem niet is. Er is haast geen Spanjaard die water uit de kraan drinkt. Meestal omdat de smaak niet goed is, maar ik denk ook dat het historisch is bepaald. Het water was vroeger lang niet overal betrouwbaar. Reden waarom veel van onze klanten ons vragen of ze het kraanwater wel kunnen drinken. Bij ons wel. Desondanks kopen veel van onze klanten flessenwater. (En veel Nederlandse pensionados ook. In de webwinkel van Appiehein.es, geen familie, is Spa-blauw één van de best verkochte producten, maar dat is voer voor een ander verhaal.) Dus drinkwater haal je in de supermarkt in van die handige 8 liter flessen. Een dop kopen met een drukpompje en klaar.



Blijft over het water wat je wilt gebruiken voor douchen, schoonmaken & afwassen en het spoelen van de wc. Dat zal dus uit de lucht moeten komen vallen. Nou dat gebeurt ook. 600 mm per jaar ongeveer op die plek. Als je daar 75% van kunt opvangen -soms regent het maar een klein beetje, je hebt verliezen door verdamping- heb je per m2 450 l/jaar beschikbaar.
Hoeveel je nodig hebt hangt uiteraard af van de bezetting en het verbruik. Als je rekent op 100 dagen bezetting met 4 personen en een verbruik van 75 1/persoon/dag, kom je op 30000 liter. Dat delen door 450 geeft een opvangoppervlakte van 66 m2.
Eea zou betekenen dat je met een voorraadbassin van 30 m3, d.i. 4 x 5 m met een diepte van 1.5m klaar bent. Dat bassin is zelf 20m2, dus met 50m2 extra ben je klaar. Je kunt bijvoorbeeld een zwemvijver bouwen:



Zwemvijvers hebben een pompje die het water door een rietfilter heen laat lopen. Daardoor blijf het water schoon. Nu wil je dat water ook gebruiken om te douchen, dus je verbruikt water. Tenzij je het douchen vervangt door een sprong  in die vijver.....Maar hoe dan ook, dat rietfilter moet ook iets van voedingsstoffen hebben. Dus het is geen gek idee om een gescheiden riolering aan te leggen. Het water uit de douche en de keuken (grijze water circuit) laat je dan via een vetvang & voorfilter het rietfilter in lopen en....dan is dat ook weer opgelost. En, nu komt het grappige, zo'n voorfilter kan het eenvoudigst gemaakt worden met.....stro. Dat idee werd mij een aantal jaren geleden aangedragen door iemand van Waste, een ingenieursbureau dat voor vluchtelingenkampen in Palestina een systeem heeft bedacht met een kolom autobanden gevuld met stro om het residuele water te reinigen. En het werkt.
Nu hebben we haast nog geen water verbruikt, sterker nog: in het voorbijgaan hebben we er een zwembad bij!, en hoeven we alleen nog maar naar het toilet. Daarvoor zijn verschillende mogelijkheden. Je kunt een variant nemen van een composttoilet. Die gebruiken helemaal geen water, alleen een ventilator om te zorgen dat er altijd onderdruk heerst waardoor het toilet reukloos is. Je haalt na 60 maal toiletbezoek het emmertje uit het toilet en leegt deze op de composthoop. Bij voorkeur na hier eerst wat koolstofrijkmateriaal opgegooid te hebben, stro bijvoorbeeld is zeer geschikt.
Het af te voeren vocht zal vrijwel zuivere urine zijn. Dat laat je wederom in zo'n autobanden-kolom lopen als filter waardoor het gereinigd wordt en het gezuiverde restvocht naar de composthoop (in verband met de te korte doorlooptijd van zo'n filter ben je niet gegarandeerd pathogenen vrij, dat kan in theorie een jaar of daaromtrent duren).
Niet iedereen vindt dat gepook met een aandrukstok in de ontlasting van zichzelf en anderen een prettig vooruitzicht. En dat legen wellicht nog minder. Daarom hebben ze in Canada een systeem ontwikkeld dat met een half kopje water en een milieuvriendelijk zeepje rechtstreeks de inhoud van je toilet voor je afvoert naar een composttank. Zou ook kunnen.
Maar het makkelijkste is waarschijnlijk om een normaal spoeltoilet te bouwen. Je laat het afvalwater in een gat in de grond lopen (ieder voorjaar de compost eruit en een nieuwe strobaal erin) wat is afgedekt met een deksel en 20cm grond. Je ruikt niks, de uitwerpselen verteren  en zijn bruikbaar als compost.

Dit systeem heeft twee mitsen. In de eerste plaats overbelast je in theorie de grond plaatselijk met mest. Dit is echter zo weinig (het meeste schep je er weer uit) dat ik er verder geen aandacht aan schenk.
In de tweede plaats is er een theoretische kans op grondwatervervuiling met pathogenen en niet afgebroken resten van medicijnen. Dat laatste kan ook in de urine terechtkomen, het gaat om hoeveelheden vergelijkbaar met de clenbuterol waarvoor Alberto Contador geschorst was, dus dat negeer ik ook.
Voor pathogenen geldt dat je in principe nooit een poteniële vervuilingsbron mag maken bergopwaarts of binnen 300m van een drinkwater-inlaat. De vervuiling zou met het grondwater die kant op kunnen stromen.
Nu ligt die gaard op een heuvel, dus dat is een probleempje als er ergens daar beneden een drinkwater-inlaat zou zijn. En die is er volgens mij niet, want het stuwmeer in de buurt waar de watervoorraad van de streek wordt opgeslagen ligt 5 km verder en heuvelop bovendien.





Op naar de bouwplaats!

Deze week gaan Juanca en ik weer naar Riudecols om de definitieve plannen door te spreken, bedrijven waar we iets van of mee willen te bezoeken en om te kijken of we in de buurt stro kunnen vinden.

Helaas (vrijdag de 4e) had Juanca deze week geen tijd. Good for him, maar het stro begint inmiddels wel te kriebelen. Wordt vervolgd.

Afwerking binnenkant

Laat ik vooropstellen dat ik voorlopig nog niks doe aan de binnenkant. Ik wil eerst eens rustig de winter afwachten om te zien hoe de boog zich houdt. Als het er naar uitziet dat het experiment bevredigend afgelopen is, ga ik aan de inbouw beginnen waar dan ook de afwerking van het plafond bijhoort.
Desalniettemin zet ik alvast wat gedachten op papier. Het inzicht kan voortschrijden, dat spreekt voor zich. Het plafond zal ooit afgewerkt moeten worden om de simpele reden dat stro brandbaar is. Weliswaar is een geperste baal niet heel erg brandbaar, maar ik heb in mijn jeugd genoeg hooibergen zien afbranden om daar niet op te vertrouwen.
De binnenkant van mijn strogebouwtje, hoe gaat dat eruit zien? Strobouwend Nederland opteert voor leem. Strobouwend de rest van Europa ook grotendeels. Hoewel er zo nu & dan ook wel andere afwerkingen voorbijkomen.

Leem? Er worden door wat ik gemakshalve de "believers" noem -idd met deze uitdrukking geef ik al direct mijn scepsis weer- aan leem tal van kwaliteiten toegedicht, ik kopiëer een overzicht:
De voordelen van leem op een rij
  • Leem werkt vochtregulerend en is dampdoorlatend
  • Leem heeft een warmteaccumulerend vermogen. Het is in staat warmte op te nemen, lang vast te houden en weer af te geven. Daardoor leent leem zich uitstekend voor de installatie van wandverwarming
  • Leem heeft goede akoestische eigenschappen. Leemproducten dragen bji tot de demping van geluiden van buitenaf
  • Leem is brandwerend
  • Studies hebben uitgewezen dat leem een remmende werking heeft op elektromagnetische velden
  • Leempleisters zijn 100 % natuurlijke producten, vrij van schadelijke stoffen en geschikt voor allergische personen
  • Weinig belastend voor de natuur: 100 % hernieuwbaar en vergt weinig energie in elke fase van de levenscyclus
  • In vele kleuren beschikbaar door toevoeging van pigmenten
  • Als basispleister (1-2 cm) of als finish-laag (3-4 mm)
  • Door zijn plasticiteit is leem uitermate geschikt om beeldend mee te werken 
  • Naderhand ontstane beschadigingen zijn makkelijk te retoucheren


Dat ziet er mooi & interessant uit! Desondanks houd ik mijn reserves. Leem heeft namelijk ook nog wel een paar nadelen:
-bouwen met leem is een langzaam proces en vergt vrij veel arbeid
-elke lemen laag van een buitenmuur kan max. 60 cm hoog zijn waarna deze een aantal dagen moet drogen alvorens een volgende laag aangebracht kan worden
- het leem wordt met de hand aangedrukt en gladgestreken
- het kan 6 tot 9 maanden duren voor het leem geheel uitgehard is; pas daarna kunnen de kozijnen worden geplaatst (ivm. het krimpen van het leem)
- een stenen fundering moet ervoor zorgen dat er geen optrekkend vocht in het leem komt.

En leem is vreemd genoeg helemaal niet goedkoop. Een zak leem van 25 kg kost bij de groothandel in Nederland niet minder dan € 9,61. Terwijl een bigbag van 1000 kg ruim € 200 kost. Leemstenen op hun beurt kosten € 1,88.
In Spanje betaal ik voor conventionele bouwmaterialen voor vergelijkbare producten tussen 10% (stenen) en 50% (een bigbag met zand en het benodigde cement om er mortel mee te maken) van de leemprijzen. Gips zit daar ergens tussenin, dichter bij de 10% dan bij de 50%.
Opgeteld bij de extra arbeid die het verwerken vraagt met al die arbeidsgangen zeg ik voorlopig: nee, niet als je ook nog goedkoop wilt bouwen. Zolang je voor plan vrijwilligerswerk gaat wordt de afweging wellicht anders. Al blijf ik aanhikken tegen het planningsprobleem met droogtijden van minimaal een week tussen de verschillende arbeidsgangen. Moet je die vrijwilligers om de twee weken laten komen...

Voorlopig twijfel ik tussen een natte (mortel) of semi-droge (beplating die later wordt afgesmeerd) manier van het aanbrengen van een gipspleister. In het laatste geval heb je houten of ander regelwerk nodig. Dat vergt een heel andere bouwmethode, mijn plan B, maar dat vindt je daar, bij Plan B.

Gips is enigszins vochtregulerend (kijk maar naar het verschil tussen je tegelwand en je plafond in de badkamer), onbrandbaar, een 100% natuurproduct (afhankelijk van de herkomst, anders verwerk je een bijproduct van energie-centrales) en vergt voor de bereiding meer energie dan leem, dat zeker. En netzomin als leem moet het nat worden, waarbij gips uiteindelijk onherstelbaar kapot gaat.

"In den natte" is gips zowel handmatig als met de machine aan te brengen. In dat laatste geval heeft een vakman zo'n hokje als waar ik nu over praat in een dag klaar. Dat spreekt mij iets meer aan als ik goedkoop wil bouwen.

Dus voorlopig wordt het gips, niet met ornamenten, maar wel rond.

donderdag 26 september 2013

Recensie boek over strobouw

Krijg net met de post het boek binnen dat een paar maanden geleden is verschenen en wat toen ik het bij Bol.com bestelde een uur te laat aankwam op mijn Nederlandse adres: "Bouwen met STRO" van Michel Post.

Bouwen met stro

Waarom niet gewacht met dit blog tot je dit boek gelezen hebt, zul je vragen?
Basically had ik geen zin om langer te wachten. Bovendien ben ik aan de najaarsopruiming bezig in huis. Dat is mooi, maar gaat na een paar sessies van een paar uur per dag vervelen.

Michel Post is architect en voorzitter van de vereniging Strobouw Nederland. Met de publicatie van dit boek probeert hij het bouwen met stro een grotere bekendheid te geven.
Het boekje ziet er salontafelfähig uit, wat ook blijkt uit het fotootje dat ik hier zonder toestemming bij heb geplakt. Gratis reclame lijkt me.
De gepubliceerde foto is illustratief voor het grootste gedeelte van de inhoud van het boekje. Van de 144 pagina's worden er ongeveer 100 gevuld met beschrijvingen van 25 projecten volgens het stramien van grote foto over twee pagina's, kleinere foto's op de volgende twee bladzijden met een korte stukje tekst van de eigenaren of gebruikers van het project.
De rest van het boek behandelt in de inleiding de geschiedenis van het bouwen met stro en een uitleg over wat stro is en in de uitleiding worden verschillende hoofdstukjes geweid aan bouwfysische eigenschappen, regelgeving en toegepaste technieken om met stro te bouwen met name in Nederland en België en een enkel buitenlands voorbeeld.
Het boek eindigt met het schetsen van een toekomstperspectief.

Als recensent wordt ik geacht een mening te hebben. Die heb ik.

Het boekje ziet er absoluut verzorgd uit en daarvoor verdient de auteur hulde. Als voorzitter van de vereniging Strobouw dient de uitgave een zeker propagandistiche doel. Het lijkt me dat de auteur met het laten zien van bijna allemaal "normale" architectonisch aardige projecten de strobouw breed geaccepteerd wil krijgen. Eén van de geselecteerde projecten heeft bijv. zelfs alleen in de entree een paar balen stro verwerkt. Maar het is een kolossaal vijf verdiepingen hoog pand op het prestigieuze IJburg, dus dat verkoopt aardig zal hij gedacht hebben.
Aan de andere kant is het verhaal over de techniek dunnetjes. Daar worden een paar kansen gemist, denk ik. Zo had ik het leuk gevonden een uiteenzetting te vinden waarom het gebruik van stro te verkiezen is boven andere vormen van ecologische isolatie zoals bijvoorbeeld vlas (ook stro toch?) of cellulose gemaakt van oud krantenpapier. Want, mede door de in Nederland geldende bouwvoorschriften, wordt stro in de gepresenteerde voorbeelden  gebruikt als isolatiemateriaal. En op één voorbeeld na niet als constructief bouwmateriaal.
In het verlengde hiervan mis ik aandacht voor de afwerking. Stro afgewerkt met leem wordt als de standaard beschouwd, hoewel in de VS bijvoorbeeld, toch de bakermat van de strobouw, leem meestal wordt vervangen door een cementmortel. En op het moment dat stro vrijwel alleen isolatie in de muuropbouw verzorgt en de dragende constructie met hout (HSB) gebeurt, zijn  "droge" afwerkmaterialen zoals gipsplaten een alternatief. Geen woord.
Een andere gemiste kans is dat het boek zich richt op projecten die net klaar zijn of zelfs nog in het bouwstadium verkeren. Dat geeft weliswaar een zekere dynamiek, maar laat de mogelijkheden onbenut van het weergeven van de ervaringen die er sinds '98 in Nederland opgedaan zijn met huizen van stro. Nu lijkt het alsof iedereen net begonnen is.

Tenslotte moet mij als landbouweconomoon & duurzaamheidsfilosoof (:-)) nog iets van het hart. Stro is geen restproduct van de landbouw zoals Michel Post zegt. Stro is een bijproduct. Dat lijkt misschien gezever, maar het onderscheid is vitaal. Stro heeft een prijs, stro kent alternatieve aanwendingen zoals economen dat noemen. DSM gebruikt bijvoorbeeld stro om koolstof te produceren.
De term restproduct wekt de suggestie dat je door stro te gebruiken een (afval)probleem helpt op te lossen. En dat is klinkklare kletskoek.

Lachen: de Stats

Ik ben meer dan een klein beetje verslavingsgevoelig. Bij het blog wat ik aan het schrijven ben, krijg je gratis als tool onder andere de Stats meegeleverd. Dus zit ik de helft van de tijd te klikken om te kijken hoeveel Pageviews ik inmiddels, of op het moment, heb. Met het argument dat als het niet zo goed gaat ik nieuwe potentiëel geïnteresseerden kan gaan mailen om hen op het bestaan van mijn Blog te wijzen. Of zoiets.

Pageviews per land

Grafiek van populairste landen onder kijkers van de blog
ItemPageviews
Nederland
114
Spanje
109
Verenigde Staten
49
Indonesië
26
Oekraïne
21
Servië
10
België
5
Duitsland
3
Rusland
2

Zoals je kunt zien heb ik met name in Servië, Indonesië en de Oekraïne een trouwe schare volgelingen. Dat is altijd mooi en ook goed te begrijpen.....:-).
De volgelingen uit de VS komen volgens mij vooral doordat er allerlei programma's zijn die Stats maken die in de States gehost zijn. Ook logisch.
Maar die volgelingen uit Spanje, daar begreep ik in het begin geen bal van. Tot ik ineens bedacht dat ik misschien wel zelf meegeteld wordt als ik mijn stukjes nakijk op fouten en presentatie......lachen!

PS Ik heb mezelf zaterdag 28 uitgezet. Idd het scheelt!

woensdag 25 september 2013

Vrijwilligers gevraagd!

Zoals elders vermeld, ga ik mijn eerste half-ondergrondse strohuis met een paar vrijwilligers (m/v, maar dat is geloof ik ouderwets) proberen te realiseren.
Het gaat een weekje duren het project. Redelijk goed georganiseerd. Strakke planning die je hieronder ziet:

-vrij. 15 november: Aankomst van de vrijwilligers. We gaan meteen beginnen met het afladen van de vrachtauto met stro. Die moeten de laatste 2 km met andere vervoermiddelen naar de bouwplaats worden gebracht. Na de lunch gaat iedereen zijn eigen nachtonderkomen bouwen door een strohut te maken. Vierkant, rechthoekig of rond, wat je wilt.
Ondertussen wordt mbv een graafmachine de fundering uitgegraven.

-za. 16 november: Een flink deel van de dag zullen we bezig zijn om mbv een "dumper"












de bouwmaterialen naar de bouwplaats te brengen (dat stukje halfverharde weg van 2 km). Ondertussen leggen anderen de laatste hand aan het grondwerk en beginnen met de aanleg van de riolering. Weer anderen maken de bekisting voor de fundering.

-zo 17 november: Als er tijd over was op zaterdag, anders storten we vandaag de fundering. Rest van de dag invullen naar eigen wens.

-ma 18 november: De buitenmuur van 1m hoog wordt opgetrokken in de vorm van een U.

-di 19 november: We plaatsen de eerste strobalen tegen de gisteren gebouwde muren die we vastzetten aan bouwstaalneten. Daarna vullen we de ruimte tussen de buitenmuren aan met aarde.

-wo 20: We brengen de bouwstaalnetten voor de boog aan en maken de boog van strobalen. Daarna plaatsen we de buitenboog van bouwstaalnetten en beginnen met het onderling verbinden van de bogen en het vullen van de ruimtes tussen de balen.

-do 21: We maken de basisconstructie af en brengen een eerste laag cement aan.

-vr 22: De eerste vrijwilligers gaan naar huis, wat rest is het aanbrengen van nog twee lagen cement. Doorpakken of wachten op een volgende club?

lllll

Het oorspronkelijke plan

Zoals ik elders vertelde, was het oorspronkelijke plan een traditioneel gebouwd gebouwtje. Betonnen vloer, wanden van betonstenen of gewoon massief beton en een segmentboog geconstrueerd met prefab betonnen liggers & gevuld met alweer prefab "broodjes" en afgestort met beton. Het zag er uit zoals  de maquette als op onderstaande plaatjes:










De met alufolie beklede wc-rol aan de achterkant geeft licht aan de achterkant waar de sanitaire ruimten wc & aparte douche zich bevinden én aan de slaapkamer (met beneden een éénpersoonsbed en bovenop de hoogslaper met een dubbelbed, hoog genoeg om onderdoor te lopen. 
Onder het verhoogde vloer gedeelte (rechts vooraan) waar het keukenblok zit (met de eettafel bovenop dat verhoogde stuk) is een uittrekbaar bed gedacht. Kortom vijf vaste bedden & mogelijkheid van een zesde in de slaapkamer) , een ruime douche & wc, gescheiden bovendien en ruimte voor een zitje met zowel vanuit het eet,- als het woongedeelte vrije uitloop naar buiten. 
Het idee is dat je 's zomers vooral buiten leeft in zo'n klimaat, maar toch alle voorzieningen koel hebt ondergebracht. 
Een geinig plannetje, al zeg ik het zelf!